Rutges heeft zichzelf weer op de kaart weten te zetten
Gemakkelijk was het niet. Maar door echte keuzes te maken, goed ondernemerschap te tonen en zich te concentreren op twee werkgebieden wist Vincent van ‘t Schip de ondergang van Rutges Cargo Europe te voorkomen. In de periode tussen 2010 en 2015 was het voor de logistiek dienstverlener een lastige tijd met maar liefst twee faillissementen, in 2012 en 2015. Het roer ging daarna om. Hoewel de transformatie van Rutges nog niet is afgerond, kan het bedrijf met aan het hooft Van ’t Schip en senior business development manager Stef Blommaart wel weer vooruitkijken. “We hadden ons als doel gesteld om als onderneming uiterlijk in 2023 in de Top 100 logistiek dienstverleners te staan. Dat is dit jaar al gelukt met plek 95. De potentie van het bedrijf is altijd gebleven”, zegt Van ’t Schip.
Overname als startpunt eigen onderneming
Aan de huidige situatie bij Rutges gaat een interessante geschiedenis vooraf. De twee mannen zijn al decennialang actief in de logistieke sector. Van ’t Schip is de zoon van Ron van ’t Schip, in het verleden eigenaar van het bedrijf Wegtransport en van 2004 tot en met 2008 directeur van TLN. Blommaart werkt ook al ruim dertig jaar in de sector bij Van Duuren en bij GLS. De twee kennen elkaar al lang, maar werkten tot nu toe niet eerder samen.
Van ’t Schip zelf was al eens in dienst bij Rutges in 2008 en 2009. De onderneming was destijds voor Wim Bosman de toegang tot luchtvrachtafhandeling op Schiphol, en Van ’t Schip kon er een paar jaar een kijkje in de keuken nemen. Dat kijkje maakte onderdeel uit van zijn zoektocht naar een eigen logistieke onderneming. De kans om een bedrijf over te nemen deed zich voor in 2012, toen J. Middelkoop in Nieuw-Vennep faillissement aanvroeg. “De curator vond dat ik de beste papieren voor een overname had.” Van ‘t Schip richtte een BV op, realiseerde een doorstart onder de naam JM Logistics en is er nog steeds directeur-eigenaar. “Vanuit niets een eigen logistieke onderneming starten is niet eenvoudig, omdat het zo enorm kapitaalintensief is. Hier lag een kans om na het faillissement in te stappen en een doorstart te maken.”
Bij de start van JM Logistics werkte de onderneming in Nieuw-Vennep met 25 voertuigen. “Het was low-profile opgezet, echt een transportbedrijf. We beschikten over slechts 300 vierkante meter bedrijfsruimte. Ik merkte wel dat het heel hard werken was voor een paar procent marge. Overigens kenmerkend voor wegtransport. Mijn vader had in het verleden al de zaken beter voor elkaar met zowel warehousing als transport.”
Geld verdienen met Nederlandse chauffeurs
JM Logistics had toen en ook nu het transport van agrarisch materieel als specialisme, in de vorm van een aparte bedrijfsafdeling exceptioneel vervoer. “Vooral met die tak kun je in de Benelux nog het verschil maken met Nederlandse chauffeurs in dienst” , zegt Van ‘t Schip. Blommaart: “Wij vervoeren het liefst machines die hoog, breed en lang zijn. Vervelend voor een ander, maar niet voor ons.” Volgens de twee is het transport van landbouwvoertuigen beter in handen bij Nederlandse chauffeurs, en dat is voor hen van belang. “Als ik het niet meer met een Nederlander kan verdienen, is voor mij de lol er af”, betoogt Van ’t Schip. “Ik wil toegevoegde waarde kunnen leveren, waarbij communicatie naar klanten toe telt, het overleg op afleveradressen. Dat doen we nu ook bij Rutges met het medicijnentransport. Het voelt heel prettig om te weten dat we vakmensen op de auto hebben zitten die de taal spreken en een stapje extra doen. Dat geldt overigens ook voor ons werk naar Frankrijk. We willen dat Franse klanten ook in het Frans met chauffeurs kunnen bellen.”
Zowel JM Logistics als Rutges moeten zich kunnen onderscheiden op service, luidt de strategie. “Ontzorgen – ja, ik vind het ook een vreselijk woord – maar het zegt wel precies waar we het over hebben.”
Kasten weg tussen de afdelingen
In juni 2015 ging Rutges voor de tweede keer failliet, na een eerste kortstondige herkansing. Voor Van ’t Schip de kans om eigenaar van het bedrijf te worden, dat hem na aan het hart lag en ligt. Vanaf dat moment lopen de werkzaamheden van de twee ondernemingen onder zijn bewind naar elkaar toe. Zo is JM Logistics zich meer gaan openstellen voor activiteiten die op Schiphol plaatsvinden. Daarbij speelt het huidige warehouse een belangrijke rol, want het biedt uitbreidingskansen. In Nieuw-Vennep beschikte de vervoerder nauwelijks over opslagruimte. “Als nieuwe markten moet je denken aan grote kisten en vliegtuigmotoren. Daar is ons materieel, met diepladers en semi-diepladers, uitermate geschikt voor. Soms moet je dat materieel ook even
opslaan. Wel zien we dat Covid-19 de ontwikkeling van deze business aan groot materieel wat heeft afgeremd. Nu trekt die markt weer langzaam aan. Toch zullen we onze bakens wat moeten verzetten.”
Hij doelt op meer intensieve samenwerking. “JM Logistics en Rutges moeten elkaar, zeker hier op Schiphol, meer gaan versterken.”
Daaraan werken Van ’t Schip en Blommaart volop, zij het stap voor stap. Nu is er nog onvoldoende synergie. “Onder andere door Covid-19 moesten we onze visie voorlopig bijstellen. Er staan nog steeds kasten tussen de planners van beide bedrijven, terwijl het ons doel was om de kasten te verwijderen. Maar goed, die kasten hadden tijdens de coronapandemie een mooie functie om mensen fysiek afstand te laten houden.”
Bij het gecombineerde bedrijf werken nu ongeveer 135 mensen, en het wagenpark bestaat uit honderd trekkende eenheden.
Transport groeit weer door warehousing
Het nieuwe warehouse bood vanaf januari 2020 extra ruimte om te groeien. Dat was nodig om te kunnen inspelen op kansen. “Met het warehouse maken we het verschil, daar kunnen we mee groeien”, stelt Van ’t Schip. En het mooie is, het transport groeit daarin mee. Blommaart: “Zolang als ik het ken is dit een vechtmarkt, het gaat om de laatste twintig euro. Nu zie je dat als je de propositie warehouse goed aanbiedt, het transport daar een afgeleide van wordt. Dat is een hele andere setting.”
De warehousingactiviteiten waren nieuw voor iedereen. Maar kort na de start, begin 2020, barstte de Covid-19- pandemie los. “Dat zorgde er voor dat we niet direct over een accreditatie van de douane konden beschikken. Het voelde alsof we zes maanden aan de ketting moesten liggen. De 6.000 vierkante meters aan warehouse stonden leeg. De transportactiviteiten voor farma hebben ons geholpen.” In augustus 2020 was de accreditatie voor het bonded gedeelte gereed en kon Rutges echt van start. “Toen ging het ook ineens erg snel.”
WMS nodig om vaccins en testkits te verwerken
Een WMS werd noodzakelijk door de groeiende focus op warehousing. Dat werd eens te meer duidelijk, toen producten zoals vaccins en testkits gericht op de coronapandemie een grote vlucht gingen nemen. In ongeveer drie maanden tijd werd dit voorjaar het Boltrics WMS geïmplementeerd binnen het bonded – Good Distribution Practice (GDP) – pharmamagazijn van Rutges. In het dc is onder meer ruimte voor pallets in een omgeving met een temperatuur van zowel 2 tot 8 graden als ook 15 tot 25 graden Celsius. Zowel Rutges als JM Logistics, inmiddels gevestigd op dezelfde locatie, maakt gebruik van hetzelfde magazijn en WMS.
Stef Blommaart: “Bij de start van het warehouse hadden we er drie mensen rondlopen, nu zijn dat er al 27.” De oorspronkelijke 6.000 vierkante meters voor Tapa-activiteiten – met high value high risk goederen – heeft sinds de bonded accreditatie een groeistuip gekregen. “Bedrijven vliegen veel meer goederen in, ook artikelen die eerder per schip arriveerden.”
Het WMS is veel in gebruik bij klanten die werken met geconditioneerde magazijnomgevingen. Vincent van ’t Schip: “Dat aspect telde, maar ook de beschikbare koppeling met de douane en de ervaringen van onze warehousemanager met dit WMS hebben we meegenomen.”
Het WMS is gekoppeld met het Transpas TMS. “Voertuigen kunnen rechtstreeks op twee docks aansluiten die toegang bieden tot de koelcel. Dat is vrij uniek. De uitrol van zowel WMS als TMS in een eerder stadium biedt ons voordelen zoals tijdwinst. Waar het eerder een uur duurde om een charter voor te bereiden, zijn we daar nu tien minuten aan kwijt.”
Gekke markt, overname kan altijd
De groeiambities voor de komende jaren zijn groot. Het wegtransport zou volgens de eigenaar van Rutges met twintig, dertig procent kunnen groeien. Blommaart: “Voor warehousing liggen de kaarten anders. Daar is the sky the limit. Maar wel met een platte organisatie. Dat bevalt ons erg goed. Eerst willen we dit goed neerzetten en dan pas de volgende stap doen.”
Van ’t Schip denkt op termijn ook weer aan overnames. “Ik ben ondernemer genoeg om goed om me heen te kijken en kansen te grijpen als die zich aandienen. Het is een gekke markt en er gebeuren onverwachte zaken, maar op dit moment speelt er niets.”
Distributie coronavaccins kwam goed uit
Corona bood zogezegd kansen. Uit het eigen netwerk kwamen signalen voor behoefte aan logistieke steun bij de distributie van coronavaccins. “De vraag was wie dergelijke volumes goed aankan. Als team hebben we een opzet bedacht waarbij we het voortransport, het weghalen van de vaccins bij de afhandelaar goed konden neerzetten. We zorgen ervoor dat we met vier, vijf trucks heel snel die vracht daar bij de eerste linie op Schiphol kunnen weghalen. Die vracht arriveert vervolgens hier bij de loods waar een team klaar staat om die veertig vliegtuigplaten af te voeren en op natransport te zetten. De combinatie van warehouse, IT, opgeleide mensen en dichtbij Schiphol zitten is de juiste hiervoor.”
Rutges neemt de import/export van vaccins op zich voor het buitenland. “Het zijn de grote integrators die onze hulp inschakelen, we komen zelf niet aan tafel bij de grote farmaceuten.”